10 jaar onderzoek naar kanker en zwangerschap

10 jaar onderzoek naar kanker en zwangerschap: een stand van zaken

Congres ‘Cancer in Young Women’, 5-6 februari 2015, Gasthuisberg

Een kankerbehandeling tijdens de zwangerschap heeft geen nadelige gevolgen voor het kind. Als zwangere vrouwen met kanker op dezelfde manier behandeld worden als niet-zwangere vrouwen met kanker, zijn hun overlevingskansen dezelfde. Dat blijkt uit het onderzoek onder leiding van professor Frédéric Amant, gynaecologisch oncoloog aan KU Leuven. Op het symposium  ‘Cancer in Young Women’ geeft hij een stand van zaken na 10 jaar onderzoek naar kanker en zwangerschap.

In Vlaanderen krijgen jaarlijks een 60-tal vrouwen af te rekenen met kanker tijdens hun zwangerschap. In Europa gaat het om 2500 tot 5000 vrouwen per jaar. Ook vandaag nog aarzelen artsen om een kankerbehandeling te geven aan zwangere vrouwen. Hierdoor maken ouders soms een verscheurende keuze. Het onderzoek van Frédéric Amant toont aan dat een kankerbehandeling tijdens de zwangerschap kan. Het toedienen van chemotherapie heeft geen nadelige effecten voor de foetus, dankzij de bescherming door de moederkoek. Er is ook geen invloed op hun ontwikkeling: de onderzoekers volgen vandaag 108 kinderen in België en stellen vast dat zij het even goed doen als hun leeftijdgenoten.

De onderzoekers willen hun conclusies nu verder verfijnen en de kinderen op langere termijn volgen. De samenwerking in het International Network on Cancer, Infertility and Pregnancy (INCIP), aangestuurd vanuit Leuven, is hierbij van groot belang.

Een kankerbehandeling tijdens de zwangerschap doet ook vragen rijzen naar de gevolgen voor de moeder. In nieuw doctoraatsonderzoek focust dr. Sileny Han op de efficiëntie en de gevolgen van de behandeling van borstkanker bij zwangere vrouwen. Borstkanker is de meest voorkomende kanker tijdens zwangerschap.

Dr. Han vergeleek de overlevingscijfers van 311 vrouwen die tijdens hun zwangerschap voor borstkanker behandeld werden met de gegevens van 865 niet-zwangere jonge vrouwen met borstkanker (database UZ Leuven). De data over de zwangere patiënten waren beschikbaar dankzij een internationale registratie in samenwerking met de German Breast Group. Nooit eerder konden zoveel gegevens vergeleken en geïnterpreteerd worden. Haar studie wijst uit dat zwangere vrouwen een gelijkwaardige overlevingskans hebben wanneer ze tijdig en dus tijdens hun zwangerschap een behandeling krijgen.

Dr. Han stelde verder voor het eerst vast dat de ‘sentinelprocedure’ of ‘schildwachtklierprocedure’ even efficiënt is bij zwangere vrouwen met kanker. Deze nieuwe procedure geeft informatie over de mogelijke uitzaaiing van kanker in de lymfeklieren en is veel minder zwaar dan een volledige okseluitruiming. De schildwachtklier is de eerste klier in de oksel die aangetast wordt. Bij kleine tumoren volstaat het om enkel de schildwachtklier te verwijderen en te onderzoeken. Uit de studie van de gegevens van 97 zwangere vrouwen met kanker blijkt dat de zwangerschapsveranderingen in de borst de procedure niet minder betrouwbaar maken. Er bleek bij deze patiënten niet meer herval in de oksel in vergelijking met niet-zwangere vrouwen. De zwangerschap vraagt dus geen aparte heelkundige aanpak.

Sileny Han onderzocht ook een nieuwe aanpak van opsporing en diagnose van kanker bij zwangere vrouwen. Ze ging na of MR-scans van de borst en van het gehele lichaam nauwkeurig genoeg zijn om de kanker volledig in beeld te brengen. MR-scans zijn scans met magnetische resonantie. Zij stellen de foetus niet bloot aan radioactieve stralen. De eerste resultaten zijn beloftevol, ook voor het bepalen van uitzaaiingen van andere types kanker. Samen met de radiologen zal dr. Han dit onderzoek nog uitbreiden.

Een kankerbehandeling tijdens de zwangerschap biedt de beste kansen voor de moeder, zonder nadelige gevolgen voor het kind. De Leuvense onderzoekers pleiten voor een multidisciplinaire aanpak en een gecentraliseerde zorg, in het belang van moeder en kind.